We bevinden ons in een schilderachtig landschap. De Großglockner lijkt wel zwart, zoals hij met zijn driehoekige top naar de hemel wijst. En de witte gletsjer trekt over de hellingen van de berg tot aan de gletsjertong, de Pasterze. Het ijskoude smeltwater vermengt zich met dat uit de bron van de Möll en stroomt dan de melkachtige, turkooizen Sandersee in.
Het landschap wordt ook nog eens weerspiegeld in het wateroppervlak, alsof de natuur wil benadrukken hoe bijzonder het hier is. Een indrukwekkender begin van de Alpe-Adria-Trail is haast niet mogelijk.
De ongeveer 750 kilometer lange wandelroute loopt in 43 etappes en door drie landen (Oostenrijk, Slovenië en Italië) via goed bewegwijzerde wegen en paden naar Muggia aan de Adriatische Zee. Maar eerst gaat hier aan de voet van de Großglockner de duizend, nee, miljoen jaar oude geschiedenis van de aarde als een boek voor ons open. Om alles goed te begrijpen, brengen we eerst een bezoekje aan het bezoekerscentrum van de Kaiser-Franz-Josef-Höhe. Deze plek is niet voor niets naar de vroegere keizer vernoemd. Ook hij werd door dit landschap aangetrokken. Hij was hier in 1856 om de gletsjer en de Großglockner van nabij te bewonderen.
Het pronkstuk van de tentoonstelling is de stam van een 6.000 jaar oude arveden. Die is pas een paar jaar geleden uit de gletsjer opgedoken. We worden ons pas later bewust van de betekenis van deze vondst, wanneer we samen met Ron Kapteyn, de ranger van het nationale park, de eerste kilometers van de route lopen. De oude arveden duidt erop dat hier 6.000 jaar geleden geen ijs lag, maar dat het landschap toen gevormd werd door groene weiden en bomen. Pas in de daaropvolgende ijstijd groeide de Pasterze, zoals de grootste gletsjer van Oostenrijk heet, aan tot een meters dikke en kilometerslange ijslaag. ‘Pasterze’ betekent trouwens ook ‘de groene weide’.
Iedereen heeft het tegenwoordig over klimaatverandering. Hierboven zijn de gevolgen wel heel duidelijk zichtbaar.
“Ja, maar in de afgelopen decennia zijn de gevolgen van klimaatverandering dramatisch,” vertelt Ron. In slechts een paar jaar heeft de gletsjer zich meerdere kilometers teruggetrokken en ook de permafrost ontdooit steeds verder. Permafrost functioneert eigenlijk als een mortel, die losse brokken gesteente in een ijslaag vasthoudt. Als die laag ontdooit, wordt het risico op vallend gesteente en rotslawines groter. Die ontwikkeling is de laatste jaren extreem duidelijk zichtbaar. Daardoor is bijvoorbeeld de beroemde ijsroute, die vernoemd is naar Alfred von Pallavicini, in elk geval in de zomer, te gevaarlijk.
Uit nieuwsgierigheid gaan we met de oude Großglockner Gletscherbahn van de Franz-Josef-Höhe omlaag naar de Sandersee. De rode wagons van het kabeltreintje vallen op in het vrij kale landschap. De rails lijken wel verticaal naar beneden te lopen en ik voel in mijn buik het opgewonden gekriebel dat je ook bij een achtbaan voelt. Zodra we vertrekken, verwacht ik dat we elk moment in de afgrond kunnen storten. Maar het treintje sjokt op zijn gemak naar beneden.
Bij het uitstappen zien we een bord waar 1963 op staat. Ron vertelt ons dat je in dat jaar nog direct uit de trein de gletsjer op kon lopen. Tegenwoordig ligt het ijs ver weg. We realiseren ons pas hoe ver, als we de minuscule mensen over de gletsjer zien lopen.
Aan het gletsjerslijpsel is te zien hoe sterk de gletsjer is. Op alle rotsen langs het dal zijn zogenaamde gletsjerkrassen te zien. Want hoewel ijs natuurlijk veel zachter is dan steen, voert de gletsjer puin mee, dat uit grote en kleinere stenen bestaat: de zogenaamde grondmorene. Door het schuren van de morene en de rotsen ontstaat gletsjermeel, waardoor het meer een melkachtige kleur krijgt. Het wordt daarom ook wel gletsjermelk genoemd. Terwijl we langs het meer lopen, blijft Ron opeens stilstaan aan de oever en zegt dat we nu zijn aangekomen bij de ‘beautyfarm’ van de gletsjer. Hij vertelt ons dat het fijne zand aan de oever gletsjerslijpsel wordt genoemd. Het is niet geschikt voor de bouw of andere bedrijfsmatige toepassingen. Maar Ron vertelt lachend dat het wel heel geschikt is als peeling. Nataša moet dat natuurlijk meteen op mij uitproberen, dus ze smeert een handvol in mijn gezicht. Het doet eerst een beetje pijn, maar zodra ik de troep van mijn gezicht geveegd heb en nog eens met het ijskoude water heb afgespoeld, voelt mijn huid echt heel zacht en fris aan.
Of keizerin Elisabeth ook al op de hoogte was van deze ‘schoonheidsbehandeling’, toen ze hier aan de voet van de gletsjer pauzeerde, is de vraag. Op de later naar haar vernoemde Elisabethfelsen wachtte ze op haar geliefde Franz, die verder tot aan de Kaiser-Franz-Josef Höhe klom. Nog steeds diep onder de indruk van het landschap beginnen we aan de afdaling naar de Margeritzenstausee.
Daar krijgen we het volgende interessante inkijkje in de geschiedenis van onze aarde. Naast de veranderende vegetatie, van eenvoudige korstmossen, een symbiose van algen en paddenstoelen, tot en met struiken, bomen en bloemen, wijst Ron ons ook op de bijzondere steenformaties. Want eigenlijk kijken we nu naar het binnenste van de aarde. Hoe is dat nu mogelijk? Voor de Hohe Tauern ontstonden, lag hier een oceaan, legt Ron uit. De bodem was bedekt met verkruimelde mosselschelpen, visgraten en dergelijke. In vaktaal heet dat ‘sediment’. Toen de Euraziatische plaat en de Afrikaanse plaat op elkaar stootten, werd deze laag opzijgeschoven. Zo ontstonden de Kalkalpen in het noorden en de Dolomieten in het zuiden. In het midden borrelden vloeibare mineralen vanaf wel 45 kilometer diepte naar het aardoppervlak en stolden daar. Zo werden de Hohe Tauern gevormd. Daarom wordt dit gebied ook wel het ‘Tauernfenster’ genoemd: een venster dat een kijkje biedt in het binnenste van de aarde, zonder dat je daarin hoeft af te dalen. Geologen uit de hele wereld komen hierheen, want dit fenomeen is nergens anders waar te nemen. Ik weet nog goed hoe vreselijk saai ik aardrijkskunde vroeger vond, maar hier komt die vervelende theorie echt tot leven.
Na al deze interessante indrukken nemen we afscheid van Ron en vervolgen we onze route naar het dal. Tot we in Heiligenblut zijn, hebben we immers nog een flink stuk voor de boeg. Daar in Heiligenblut kunnen we dan heerlijk genieten van een zacht bed en een warme douche!
Foto's en tekst en video: