
De legende van de heilige Barbara, beschermheilige van de mijnwerkers, is echt geen lieflijk oud sprookje. Volgens de overleveringen leefde de martelares in de 3e eeuw en was ze God onvoorwaardelijk trouw, ondanks de toenmalige christenvervolgingen. Daarom werd ze door haar vader verstoten, in een toren opgesloten en na negen jaar gevangenschap koelbloedig door hem onthoofd. Eerst kon ze nog naar een rotsspleet vluchten, die zich als door een wonder voor haar opende. Maar ze werd door een herder verraden en dat leidde alsnog tot haar dood. Volgens de legende wordt de betekenis van de mijnbouw voorgesteld door de afbeelding van de rots, die zich opende en de heilige verborgen hield, als symbool voor het openen van de aarde door de mijnbouw. De wandeltocht van vandaag, naar de Turracher Höhe midden in biosferenpark Nockberge, draait ook helemaal om wat zich daar ondergronds afspeelt.
“De heilige Barbara zal vandaag met ons meegaan”, vertelt almbutler Elmar. “We wandelen namelijk over de zogenaamde Barbaraweg naar de steenbergen en mijngangen van de vroegere mijn.” Zo gezegd, zo gedaan. Al klopt dat ‘wandelen’ eerst niet helemaal: we zweven met de kabelbaan naar 2.000 meter hoogte. Boven aangekomen waait er een verfrissende bergwind om onze oren en genieten we van het schitterende uitzicht. “We hebben nog bijna 200 hoogtemeters voor de boeg. Dan komen we bij de zogenaamde ‘Drei-Seen-Blick’ - het uitkijkpunt over drie meren. Daar kijken jullie pas echt jullie ogen uit“, belooft Elmar en zet de pas erin.
In pittig tempo lopen we tussen de bloeiende Alpenrozen door, over een slingerend pad naar boven. Niet alleen de Alpenrozen staan op dit moment volop in bloei. Elmar geeft ons even een pauze om te ruiken en legt uit: “Deze witte plant is de witte nieswortel, die is heel giftig. Volgens de overleveringen is Alexander de Grote met deze plant vergiftigd. Bovendien is hij, voor hij gaat bloeien, gemakkelijk te verwarren met de gele gentiaan, dus daar moet je heel erg voor uitkijken. “Want van de wortels van die gentiaan wordt de beroemde gentiaanschnaps gemaakt. Misschien heeft Alexander de Grote indertijd ook wel gedacht dat hij de goede gentiaanborrel dronk?
Een van de theorieën is immers, dat hij een vreselijke alcoholvergiftiging had... Ik denk hier nog even over na en wandel mee naar boven. Een paar minuten later staan we bij het uitkijkpunt over de drie meren. Elmar heeft niets teveel gezegd, het uitzicht is fantastisch. Kleine mistslierten trekken weg over de bergweiden aan de overkant, de Schwarzsee, Grünsee en Turracher See schitteren en de zon, die steeds weer door de wolken schijnt, tekent dansende figuren op de omringende bergen.
Na een uitgebreide pauze gaan we verder naar de Kohrmulde, waar we midden in de mijnbouwgeschiedenis belanden. Want daar bevindt zich de voormalige mijn van de Turracher Höhe. Uit die tijd rest nog een ruïne van een van de mijngebouwen. Elmar draait zich om naar een onopvallende helling en kijk: opeens ligt de ingang van de toenmalige mijngangen voor ons. Voor de veiligheid is de mijngang met een hek afgesloten, zodat nieuwsgierige bezoekers er niet op eigen houtje in kunnen. “Vroeger werd hier vermiljoen gewonnen, een mineraal dat kwik bevat”, vertelt Elmar. De mijngang vertakt zich ondergronds meerdere keren, daarom is hij voor de zekerheid afgesloten.
En toch vormt deze indrukwekkende mijngang maar een stipje op de eigenlijke landkaart van de voormalige mijn. De winning en het smelten van ijzererts rond het dorp Turrach in de Steinbachgraben en het Rohrerwald speelde van 1660 tot in de twintigste eeuw een belangrijke economische rol. Daarbij werd gebruikgemaakt van een uniek gereedschap. De bessemerconvertor was in 1863 de allereerste die binnen het keizerrijk gebruikt werd. In het vuurvaste, cilindervormige vat werd van ijzererts staal gemaakt. Het originele exemplaar is nog te zien in het Technikmuseum in Wenen. In 1909 werd de mijnbouw- en metaalindustrie, die in handen was van het vorstenhuis Schwarzenberg, stilgelegd. Wie meer wil weten over deze interessante geschiedenis, moet beslist een uitgebreid bezoek brengen aan het Montanmuseum in Turrach.
Wij gaan na deze interessante reis langzaam weer terug naar ons beginpunt, waar we voor we afscheid van elkaar nemen nog met regionale lekkernijen op krachten komen. Wat een dag, wat een verhaal. We nemen afscheid met de traditionele mijnwerkersgroet: Glück auf!
Foto's, tekst en video: